Omdat je het kruid wil gebruiken voor consumptie kun je beter geen schadelijke verdelgingsmiddelen gebruiken om je kruid te beschermen tegen ziektes en schadelijke insecten. Sowieso hou ik daar niet van. Je maakt ook de goede dieren dood. Dus kun je beter voorkomen dat de planten ziek worden. Zorg er in eerste instantie voor dat de plant op de juiste plaats staat. Tocht zorgt ervoor dat er eerder ziektes in de plant komen en op plaatsen waar het water slecht weg kan lopen ook. Hou de planten geregeld in de gaten, zodat je gauw een ziekte of insect ontdekt. Haal de aangetaste takken of bladeren weg. Schimmelziekten: Vaak gebeurd dit op een kruid. Dan staat het op een te koude of vochtige plek. Deze schimmel onttrekt voedingsstoffen en water uit de grond waardoor je plant slechter groeit of dood gaat. Roest: Dit gebeurd bij vochtig warm weer. De onderkant van de bladeren en op de stengels ontstaat een schimmel dat oranje/rood kleurt en bobbeltjes heeft. Dit belemmert de voedselvoorziening aan de bladeren. Munt en bieslook zijn hier erg gevoelig voor. Echte meeldauw: Dit komt het meeste voor. Het verspreid zich bij zonnig mooi droog weer via de sporen. Het is gemakkelijk te herkennen aan de witte schimmellaag aan de bovenkant van de bladeren. Later krijgen de bladeren donkere vlekken en verdrogen ze. Blad- en stengelvlekkenziekte: Deze minder vaak voorkomende ziekte wordt veroorzaakt door verschillende schimmels. De aangetaste delen krijgen vanaf mei donkerbruine vlekken en sterven af. Schadelijke insecten:(zie ook plaagdieren) Veel kruiden zijn niet gevoelig voor insecten. Hun aroma en geur stoten velen af. Toch zijn er een aantal planten gevoelig voor hun veelvraat. Vooral exoten die binnen overwinteren kunnen hier last van hebben. Dit omdat het binnen vaak te droog is. Veel insecten zijn nuttig voor bestuiving van de plant en beschermen de plant tegen schadelijke insecten zoals het lieveheersbeestje, gaasvlieg, zweefvlieg, oorwurm, roofwants en nog veel meer. Veel insecten hebben een hekel aan lavendel, pepermunt of citroen. Als mijn kruiden last hebben van insecten dan spray ik ze met een mengsel van water met deze drie etherische oliën. Zo bescherm je je kruid op een natuurlijke manier. De insecten gaan niet dood, maar zoeken een andere plant verderop. Slakken:(zie ook slakken in plaagdieren) Vooral naaktslakken kunnen een ware plaag zijn. Ze eten aan je planten en beschadigen ze door erop te zuigen. Je kan ze alleen weren door ze steeds weg te halen of slakkenranden te plaatsen. Rupsen:(zie ook rupsen in plaagdieren) Hoe mooi de vlinders zijn, rupsen kunnen een plaag zijn. Bekijk je plant geregeld en haal de rupsen weg. Vind je de vlinders mooi en wil je ze in je tuin dan kun je ook een apart hoekje maken waar je dezelfde kruiden neerzet. Steeds als je een rups in je “consumptie”kruid vind zet je deze op je andere kruid. Let er wel op dat de rups op dezelfde soort komt te staan, want ze leven niet voorniks op dat kruid. Ze zijn heel kieskeurig erin. Spinmijt:(zie ook plaagdieren) Een schadelijke ziekte die je vaak binnen vind is spinmijt, maar je ziet ze ook buiten. Ze spinnen in de oksel van een blad een wit net en zuigen de sap uit de plant. De puntjes van de bladeren krijgen dan vaak een zilverachtige kleur. Spinmijt kun je vaak bestrijden met biologische spuitmiddelen, maar ook met mijn spray beschreven bij schadelijke insecten.